Nationale landschappen:
Partners:
Ondernemers maken Groene Hart West aantrekkelijker en toegankelijker
Sinds 2013 werken publieke en maatschappelijke organisaties samen met de ondernemers in het Groene Hart aan de pilot Vrijetijdslandschap. Deze pilot heeft als doel ondernemers de motor te laten zijn voor het versterken van de belevingswaarde van het landschap. Als onderdeel van de pilot is er in 2014 een interactieve publieksprijsvraag georganiseerd waarbij de bezoekers van het gebied ideeën hebben aangedragen die de aantrekkelijkheid van het Groene Hart West vergroten. Deze ideeën zijn inmiddels verwerkt in een regionale aanpak en in business plannen van ondernemers. In 2015 gaat de pilot een nieuwe fase in: de plannen zullen dit jaar worden uitgevoerd. Vijf ondernemers nemen daarbij het voortouw en hebben eind 2014 een investeringsplan afgerond en ingediend bij de provincie Zuid-Holland voor support door middel van een subsidie. Met deze middelen moeten in 2015 verschillende projecten worden gerealiseerd: o.a. de ontwikkeling van een Boeren-Leidsekaasmuseum op Kagereiland en een recreatieboerderij in Hoogmade en de aanleg van rustplekken en routes rond Geitenboerderij ‘t Geertje in Zoeterwoude. Voor de provincie Zuid-Holland en de betrokken gemeenten is de pilot waardevol. Het is innovatief dat het de ondernemers zijn die het landschap versterken. Samen werken ze aan een betere toegankelijkheid, meer toeristisch-recreatieve voorzieningen en een grotere belevingswaarde van het gebied. Bovendien leveren de ondernemers een bijdrage aan het duurzaam beheer van het landschap. Het is bovendien bijzonder dat de ondernemers zich daarop gezamenlijk organiseren: ze hebben begin 2015 een Vereniging Vrijetijdslandschap Groene Hart West opgericht om samen met andere ondernemers in het gebied nieuwe impulsen aan het Groene Hart West te geven.
Advies status en aanpak Nationale Landschappen
De Stichting Nationale Landschappen heeft de Rijksadviseur Landschap en Water gevraagd advies uit te brengen met betrekking tot de status en aanpak Nationale Landschappen. Veel provincies hebben de Nationale Landschappen in hun provinciale visies overgenomen en hebben inmiddels eigen beleid ontwikkeld. In sommige provincies is er apart budget gehandhaafd voor de Nationale Landschappen, in andere provincies is met het wegvallen van de Rijksfinanciering ook de provinciale bijdrage stopgezet. Het IPO heeft aangegeven geen afspraken te willen maken over een gezamenlijk landschapsbeleid. Dat betekent dat er geen beleid meer is dat zich richt op samenhang en synergie tussen de Nationale Landschappen. Tegelijkertijd zien we dat in diverse Nationale Landschappen de ‘vermaatschappelijking’ van het landschap vorm krijgt. Een voorbeeld is de Ooijpolder in Nationaal Landschap Gelderse Poort, waar met gelden uit een publiek-privaat gebiedsfonds veel nieuwe landschapselementen zijn aangelegd en langjarige beheercontracten zijn afgesloten met particuliere eigenaren. De veranderende beleidsmatige en maatschappelijke context biedt nieuwe kansen, maar vraagt wel om een herbezinning op het bestaande stelsel van de 20 Nationale Landschappen. De Stichting is benieuwd naar de visie van de Rijksadviseur Landschap en Water hierop.
Natuurlijk gezond in het Groene Woud
Een stevige boswandeling doet goed. En dat is nog maar één aspect waarin Het Groene Woud kan bijdragen aan de gezondheid en het welbevinden van mensen. Natuur en gezondheid zijn een twee-eenheid, waar je niet omheen kunt. Groen in de omgeving is gunstig voor de fysieke, mentale en spirituele gezondheid. Het Groene Woud biedt met haar groene platteland, betrokken gemeenschap en mooie cultuurlandschap volop kansen om de gezondheid te stimuleren. Maar worden die kansen benut? Kunnen ondernemers iets betekenen bij het combineren van ‘groen’ en ‘mens’? Hoe kunnen zorgorganisaties optimaal gebruik maken van alles wat Het Groene Woud te bieden heeft? Het wordt allemaal besproken en tegen het licht gehouden tijdens de Doe- en Denkdag van Het Groene Woud op 11 december 2014. Dan is er ook volop ruimte om zelf ideeën te spuien en bevlogen initiatieven leven in te blazen.
Hoeksche Waard steeds bekender
Afgelopen zomer is een onderzoek gehouden naar de bezoekmotieven van recreanten in de Hoeksche Waard. Natuur en landschap het vaakst worden genoemd als bezoekmotief. Maar liefst 91% van de niet-inwoners geeft in het onderzoek aan het voornemen te hebben om de Hoeksche Waard in de nabije toekomst nogmaals te bezoeken. Niet-inwoners gebruiken bij de voorbereiding van een bezoek vooral internet. Hoeksche Waarders zelf maken vooral gebruik van de papieren informatiebronnen zoals het Magazine Eropuit en de brochure van de Deltapontjes. Ook buiten de Hoeksche Waard, in Rotterdam, is mensen gevraagd naar hun bekendheid met de Hoeksche Waard. Die groep heeft niet altijd het plan het gebied te bezoeken, maar uit het onderzoek bleek wél dat het gebied bekender is geworden. Hoewel de titel Nationaal Landschap niet meer door alle overheden wordt gebruikt, blijkt het voor de Hoeksche Waard een sterk merk om zich mee te onderscheiden. De dijken, kreken en open polders hebben bewezen een aantrekkelijk landschap te zijn voor bezoekers. Reden om de titel Nationaal Landschap ook in de toekomst aan de Hoeksche Waard te blijven verbinden als regio met bijzondere kwaliteiten waar het goed toeven is.
Resultaat en vervolg Werken aan sterke merken
De marketing van de Nationale Landschappen (Werken aan sterke merken) heeft een vervolg gekregen op www.holland.com. Op dit portal is een landingspagina over Nationale Parken en Nationale Landschappen gerealiseerd. Voor verschillende parken en landschappen is bovendien inhoudelijke informatie toegevoegd. Daarnaast zijn zes natuurfietsroutes beschreven, varierend van 24 t/m 127 kilometer. Servicenet Nationale Landschappen en Stichting Nationale Parken willen de resultaten tot nu toe graag met jullie delen en de vervolgstappen met jullie bepalen. De bijeenkomst vindt plaats op 3 november van 13:00-16:00.
Voortgang kopgroep gebiedscoöperatie IJsseldelta
De 20 Nationale Landschappen van Nederland moeten zich anders gaan organiseren en financieren, willen zij in de toekomst standhouden. Vanuit de pilot in Nationaal IJsseldelta is een kopgroep druk bezig met het uitwerken van de gebiedscoöperatie en business cases. Er zijn inmiddels vier werkgroepen gestart: agro-food, natuur en landschap; duurzaamheid en energie; economie, toerisme en recreatie; en organisatie en financiering. Er is zicht op een aantal kansrijke verdienmodellen, bijvoorbeeld op het gebied van zonne-energie, duurzame landbouw, toeristisch-recreatieve arrangementen en het versterken van de verbindingen stad-platteland. Brede verankering in de samenleving blijft hierbij een belangrijk uitgangspunt.
Terugblik studieochtend: van aanbod- naar vraaggericht denken
De Nationale Parken en Nationale Landschappen zijn al een aantal jaar op zoek naar alternatieve financieringsmodellen. Tijdens een studieochtend op 19 juni is teruggekeken en zijn ervaringen uitgewisseld: welke initiatieven zijn er van de grond gekomen, wat werkt wel en wat werkt niet? Roelof Balk wijst tijdens de ochtend op het gevoel van urgentie als belangrijke factor in nieuwe plannen en samenwerkingen. Diana de Jong geeft aan dat de natuursector niet langer aanbodgericht, maar vraaggericht moet denken en moet samenwerken op gebiedsniveau. Jean-Paul Schaaij sluit af met de woorden dat er geen sprake meer is van business as usual. Het combineren van functies is volgens hem wel kansrijk.
Studieochtend verdienmodellen en gebiedsmarketing
Na een zoektocht van enkele jaren naar nieuwe financieringsmogelijkheden door de Nationale Parken en Nationale Landschappen is het tijd voor reflectie. Welke hoopgevende ervaringen hebben we opgedaan? Welke modellen werken echt, welke niet? En in hoeverre is het inderdaad mogelijk om de organisatie van Nationale Parken en Nationale Landschappen te financieren vanuit de markt? Tijdens een studieochtend op 19 juni kijken we terug op de afgelopen jaren en werpen we een blik op de toekomst. Daarnaast worden verbindingen gelegd met de grote geldstromen en er wordt gegluurd bij de buren.
Lancering Veluwefonds
Samen de Veluwe nog mooier maken. Daar zetten de stichting Veluwefonds en Rabobank Apeldoorn en Omgeving zich beiden voor in. Bekijk spreker: Hans Middendorp. Op woensdag 4 juni is dit onderstreept door een nieuwe impuls aan de Veluwe te geven: de lancering van de Rabo Streekrekening. Met dit fonds worden duurzame initiatieven op de Veluwe financieel ondersteund. Daarnaast helpt het fonds Veluwse bedrijven bij het in balans brengen van economische en ecologische ontwikkeling, draagt het bij aan de promotie, bemiddelt het dat compensatiebijdragen voor natuur en landschap worden geïnvesteerd in de Veluwe en verbindt het kennis tussen betrokken organisaties. Tijdens de bijeenkomst vertelde weerman Reinier van den Berg wat voor hem de kracht van de Veluwe is en legde Gelders gedeputeerde Jan Jacob van Dijk uit wat het belang is van promotie voor de Veluwe en hoe Veluwse streekproducten dit kunnen onderstrepen.
Zeven nieuwe initiatieven rond het Groene Hart
Om het Groene Hart nog leuker voor de recreant te maken hebben de ANWB, provincie Zuid-Holland, Holland Rijnland en het Servicenet Nationale Landschappen ondernemers in de regio Leiden, Alphen aan den Rijn en Zoetermeer opgeroepen plannen hiervoor te maken. Zeven ondernemers hebben hieraan gehoor gegeven. Onder de ingestuurde plannen zijn een nieuwe natuurvaartocht door het Land van Wijk en Wouden en een Leidse kaasmuseum op de Kaag. Verder is er een plan voor een natuurpad rond de Zoeterwoudse streekwinkel Boer en Goed en het opzetten van een pleisterplaats voor wandelaars, fietsers en kanoërs bij de Hoogmadese boerderij Buitenverwachting. Nu is het de beurt aan de bewoners om het beste plan te kiezen. Zij kunnen vanaf 7 mei tot 7 juni op de plannen reageren en het leukste initiatief liken op de Facebook-pagina’s van deze ondernemers. Met hun inbreng bepaalt een jury wie de winnaar wordt. De jury bestaat uit de ANWB, provincie Zuid-Holland, Holland Rijnland en Servicenet Nationale Landschappen. Het winnende plan wordt met hun steun gerealiseerd.
Deelname aan EUROPARC kans voor Nationale Landschappen
Op 25 maart vond een bijeenkomst van de EUROPARC Federation plaats. De bijeenkomst ging met name over Europese samenwerking en mogelijkheden van nieuwe Europese subsidieprogramma’s. De Vlaamse Regionale Landschappen hebben het voorstel om lid te worden van EUROPARC en deelname aan de Europarc Low Countries Section positief onthaald. Ook de Nederlandse Nationale Landschappen zien dit als een kans.
Nationale Landschappen internationaal gepromoot
In 2014 wordt er een start gemaakt met de internationale marktbewerking voor de Nationale Parken en Nationale Landschappen. De basis die in 2014 wordt gelegd vormt het uitgangspunt voor verdere activiteiten in 2015 en zal bestaan uit de twee activiteiten. Ten eerste het online portal Holland.com (Duits en Vlaams) waarop basisartikelen van de Parken en Landschappen staan. Dit kan uitgebreid worden met leuke artikelen van uw Nationale Landschap! De tweede activiteit betreft vier uitzendingen van Vlaanderen Vakantieland die in mei 2015 worden opgenomen. Dit is het best bekeken toeristische televisieprogramma in Vlaanderen. Deze twee activiteiten leggen de basis voor een verdere uitbreiding van de marketingactiviteiten die in 2015 worden opgestart. Wilt u een of meerdere artikelen plaatsen op de online portal of in 2015 deelnemen aan de campagne in Duitsland en/of Belgie? Meldt u nu aan!
EUROPARC-bijeenkomst over Europese kansen en subsidies
De EUROPARC Federation is gestart met het hernieuwen van haar strategie en wil graag met de leden en anderen nadenken over haar toekomstig beleid en de prioriteiten. Dat gebeurt op dinsdag 25 maart in Antwerpen. Een deel van het programma staat in het teken van kansen voor Europese samenwerking en mogelijkheden van de nieuwe Europese subsidieprogrammas. De Nationale Landschappen zijn ook uitgenodigd om mee te denken.